BA-3 cursus 2011-2012

CHINESE SYNTAXIS

Jeroen Wiedenhof

algemene informatie


tijd en plaats


handige hulpjes

 software  schrijfwijzer  talen van de wereld
 terminologie  Colorado Style Guide  taalkundige transcriptie
     e-ANS

inhoud, teksten en opdrachten


BLOK 3: week 1 | week 2 | week 3 | week 4 | week 5 | week 6 | week 7 |
BLOK 4: week 1 | week 2 | week 3 | week 4 | week 5 | week 6 |
In de collegeperiode wordt deze pagina
wekelijks op vrijdag om 9 uur 's ochtends ververst
Druk op F5 als de nieuwste versie niet verschijnt


BLOK 3

week 1 (7 feb 12)

Inleiding

De reader bij dit college, Chinese en algemene taalwetenschap, is verkrijgbaar bij de Readerverkoop-balie van het Studiepunt, begane grond Lipsius. Je hebt deze reader nodig om de colleges vanaf week 2 voor te bereiden.


week 2 (14 feb 12)


  • De berichten over het aantal benodigde readers wisselen. Studenten die geen reader hebben kunnen bemachtigen, verzoek ik direct even een mailtje aan mij te sturen: 

  • Toontalen vind je niet alleen in China, maar over de hele wereld. En ook onder de niet-Chinese talen in China heb je toontalen. – Warm aanbevolen: de lezingen op vrijdagochtend 10 februari op de TOONDAG van het Leidse Taalkunde-instituut LUCL.


Tekst

R.H. Robins, "Syntactic Analysis". In Eric P. Hamp, Fred W. Householder en Robert Austerlitz, redactie, Readings in Linguistics II, Chicago: University of Chicago Press, 1966, pp. 386-395. Herdrukt uit Archivum linguisticum, Volume 13, 1961, pp. 78-89

Leeshulp

1.  De Franse uitdrukking trancher dans le vif (p. 391) betekent letterlijk 'in het vlees snijden' en figuurlijk 'harde maatregelen nemen'.

2.  De Griekse uitdrukking (p. 392) betekent letterlijk 'de vroeger-mensen', en vandaar 'de Ouden'.

Vragen en opdrachten

schriftelijk voorbereiden! raadpleeg onze huisregels

3.  Lees eerst het artikel in zijn geheel door. Maak aantekeningen van eventuele vragen over of problemen met de tekst, zodat deze op het college behandeld kunnen worden.

4.  Wat betekenen de volgende Engelse termen: word, phrase, clause, sentence?

5.   Wat houdt "contemporary grammatical theorizing" (p. 386) in?

6.  Wat was de reden dat in Amerikaanse indianentalen "the word as a traditional orthographic entity was almost always lacking" (p. 386)?

7.  Hoe zou het komen dat "traditional grammar" zich minder met syntaxis bezighield, en een "preoccupation with morphology" (p. 389) had?

8.  "Tesnière [...] regards the basic elements of his syntax as universal" (pp. 389-390): kun jezelf voorbeelden van syntactische relaties bedenken die vermoedelijk universeel zijn?

9.  Geef vijf voorbeelden van Tesnière's mots vides in het Mandarijn (p. 391). Deze woorden hebben een "grammatical use" (ibid.). Is er iets meer te zeggen over het type betekenissen van deze categorie?

10.  Robins heeft het over "first degree translation" (p. 391). Waarom zou hij hier en elders het woord translation cursiveren?

11. Wat wordt bedoeld met emphatic en unemphatic personal pronouns in het Frans (p. 392)? 

12.  Kun je een voorbeeld noemen van het bedrijven van syntaxis "based on logical [...] considerations" en "extralinguistic appeals" (p. 393)?

13.  Wat wordt bedoeld met "languages of the type represented by Chinese" (p. 395)? Ken je een naam voor dit type talen?

14.  Hoe zou je het genre van dit artikel omschrijven?

15.  Bekijk de pagina over het Hongkong-Kong-incident. Beantwoord onderaan die pagina twee vragen naar keuze.

16. Ter oriëntatie op de mogelijkheden voor werkstukken: zie de pagina van het Yùhú-project.

17.  Zoals bekend bestaat ook binnen dit BA3-focusvak de mogelijkheid het BA-eindwerkstuk te schrijven. Lees de details hierover op de pagina over het BA-eindwerkstuk van de e-studiegids.

Denk alvast na over wensen en mogelijkheden; het streven is om uiterlijk in week 4 van deze cursus duidelijkheid te hebben over wie wel of niet deze cursus aan het BA-eindwerkstuk wil koppelen


week 3 (21 feb 12)

Tekst
Opdrachten

schriftelijk voorbereiden! raadpleeg onze huisregels

18.  Alleen voor Petra: de opdrachten 4 t/m 12 schriftelijk inleveren aan het begin van het college.

19.  Overgebleven van vorige week: de opdrachten 13, 15 en 16.

20.  Lees de tekst. Noteer waar je vragen of problemen in de tekst tegenkomt; wij zullen die in het college behandelen. Neem eventuele aantekeningen mee naar de klas.

21.  Lees § 2 "Spraakklanken en filologie" en § 3 "Vorm en betekenis" uit het artikel Taal in wording (daarvan dus alleen pp. 24 tot en met 26). Ga daarbij ook na of je alle details van Figuur 1 begrijpt. Noteer eventuele vragen en neem deze mee naar college.

22.  We hebben het al even gehad over het belang van een consequente transcriptie voor teksten over taal.

Op college zal je gevraagd worden deze zinnen op het bord voor te doen.


week 4 (28 feb 12)

Materiaal
 

De onverboden stad

Filmmaker Floris-Jan van Luyn gaat terug naar de steeg waar hij in de jaren negentig heeft gewoond toen hij correspondent was van NRC Handelsblad. Zijn oude buren vertellen in De onverboden stad hun verhaal over een leven waarin niemand meer weet wat de dag van morgen brengt.

De documentaire is onderdeel van het initiatief Made in China waarin diverse omroepen vertegenwoordigd zijn en waarin ontroerende, spannende, geestige en verontrustende verhalen de kijker een caleidoscopisch beeld bieden van hedendaags China


Kijk- en luister- en schrijfhulp

23.  De hele documentaire is als mp4 te beluisteren/bekijken, en te downloaden.

Let op: de resolutie van het beeld is in deze kopie laag. Dit sluit prima aan bij een van de leerdoelen van dit college. Bij een taalkundige benadering van taal moet je immers meer op je oren vertrouwen en minder op je ogen.

Als de internetverbinding tijdens het vertonen hapert, is het handiger om het bestand eerst te downloaden. Als het downloaden niet lukt, kun je mij mailen voor een afspraak om een kopie te maken; neem dan een memorystick mee.

24.  Op de website van Holland Doc is achtergrondinformatie te vinden over de documentaire.

25.  Bij het verstaan van het Mandarijn kun je steun hebben aan de ondertiteling, Maar dit voordeel heeft ook een nadeel, want die ondertiteling is natuurlijk nooit als taalkundig hulpmiddel bedoeld geweest. Daardoor kan het lastig zijn om het Mandarijn echt te verstaan.

Wat je niet verstaat is vaak lastig op te zoeken in Chinese woordenboeken, omdat die vrijwel altijd veronderstellen dat je ook weet met welke karakters die woorden worden geschreven.

Een goed woordenboek zonder dit bezwaar is John DeFrancis' ABC Chinese-English comprehensive dictionary. Het geeft uitgesproken Mandarijn in een alfabetische lijst, ongeacht de karakter-schrijfwijze, met daarachter de Engelse betekenis. In de Oost-Azië-bibliotheek is deze titel te vinden als handboek onder nummer L1 D1 (niet uitleenbaar).

Vragen en opdrachten

26.  Zoals besproken moeten deelnemers aan dit focusvak laten weten of zij het vak kiezen voor het schrijven van het BA-eindwerkstuk.

In week 4 (28 februari) moet je definitieve keuze bekend zijn. Werp alvast een blik op de Schrijfwijzer. En kom gerust langs om plannen en ideeën te bespreken. Een afspraak maken via de mail werkt meestal het handigst. Zie verder vooral de Studiegids.

De volgende opdracht (27) moet schriftelijk worden ingeleverd in bij aanvang van het college van 29 februari.

Voor al het in te leveren werk geldt:

  • niet digitaal aanleveren maar geprint op papier
  • lever in bij aanvang van het college, of leg het werk voor die tijd in mijn postvak.
  • ingeleverd werk krijg je retour voorzien van mijn aantekeningen
  • de Colorado Style Guide kan helpen bij het lezen van mijn opmerkingen
  • je kunt altijd een afspraak maken om e.e.a. na te bespreken
  • verzorg je tekst; denk bijvoorbeeld aan zaken als naam, datum en collegekaartnummer

27.  Geef je transcriptie in van de tien zinnen uit opdracht 22 hierboven.

28.  Bekijk de documentaire integraal (speelduur: 58'23").

29.  Hoe zou je de titel van de documentaire in het Chinees vertalen?

30.  Zoals inmiddels bekend, is in de syntaxis de zin de grootste eenheid waarover iets zinnigs valt te beweren.

Schrijf minstens drie zinnen uit de documentaire uit in Pinyin-transcriptie. (Dit mogen losse zinnen zijn, maar het is misschien bevredigender om te proberen opeenvolgende zinnen te transcriberen.)

 Beperking: de documentaire bevat kleine stukjes waarin geschreven Chinees wordt voorgelezen. Deze fragmenten vallen buiten de opdracht; we beperken ons hier dus tot spontaan gesproken Mandarijn.

31.  Voeg aan elk van deze zinnen je eigen Nederlandse vertaling toe. (Deze mag, maar hoeft niet samen te vallen met de ondertiteling.)

32.  Schrijf over elk van de zinnen een syntactische bewering op.

33.  Vergelijk de twee hiernaast getoonde verkeerssituaties op de Rijksstraatweg tussen Den Haag en Wassenaar.

a.  Ga van de vier verkeersborden na wat zij elk apart betekenen, bijvoorbeeld met behulp van de PDF-brochure Verkeersborden en Verkeersregels in Nederland (2010).

b.  Ga nu voor beide situaties na wat de combinaties van verkeersborden betekenen.

c.   Maakt het voor deze twee combinaties uit welk bord bovenaan staat, ja of nee?

  • zo ja: waarom?
  • zo nee: waarom niet?
  • ongeacht ja of nee: formuleer het argument nauwkeurig, bijvoorbeeld op basis van de genoemde PDF-brochure, en/of van de onderstaande uitspraak van het Gerechtshof Leeuwarden.

d.  In de bovenstaande gevallen is sprake van een ordeningsprincipe (bovenaan of onderaan op de paal) en van elementen die geordend worden (verkeersborden). Ga nu na:

  • welke ordeningsprincipes kunnen we in taal onderscheiden?
  • welke taal-elementen worden daarmee geordend?
  • voor elk type ordening van taalelementen: in welk domein van de taalkunde valt dit? (syntaxis, morfologie, enz: zie je lijstje van het eerste college)

__________

Achtergrond bij 33c: er is een rechterlijke uitspraak uit 2003 over de betekenis van de volgende samenplaatsing van drie verkeersborden:

Uitsmijter: Is op grond hiervan te concluderen wat de betekenis is van het samenstel van drie borden langs de A6 dat hieronder is getoond?

Rijksstraatweg, Wassenaar / Bron: Google Maps "Street View" (detail), 7 februari 2011



Rijksstraatweg, Wassenaar / Bron: Google Maps "Street View" (detail), 7 februari 2011


Autosnelweg A6, Dronten

Bron: Google Maps "Street View" (detail), 7 februari 2011


week 5 (6 mrt 12)

Lezing

Analytic/isolating languages

a lecture by Alain Peyraube (CRLAO, CNRS-EHESS, Paris)

"The terms ‘analytic’ and ‘synthetic’ should be used in a relative rather than absolute sense. For example, languages like English are less inflectional, and thus more analytic than most of the other Indo-European languages. Chinese is said to be an isolating language and consequently an analytic language, i.e. a language that conveys grammatical relationships syntactically, via the use of words or free morphemes. It does not possess bound morphemes, such as inflectional prefixes, suffixes or infixes. However, it is also claimed that Archaic Chinese (11th-2nd c. BCE), and especially Late Archaic – the Classical Chinese par excellence (5th – 2nd c. BCE) – had an inflectional morphology, and not just derivational affixes. With this idea of degrees of analyticity and syntheticity in mind, some scholars have hypothesized that Classical Chinese has been moving from less analyticity to more analyticity between Archaic and Medieval Chinese (5th – 14th c. AD), and from more syntheticity to less syntheticity from Medieval to Modern Chinese (14th – 18th c. AD) and then on to Contemporary Chinese (from 18th c. on). This hypothesis will be discussed in the paper and it will be shown that this cyclic change is far from being well-founded."

Date and time: Friday, March 2nd 2012, 13:30-15:30

Venue: Leiden University, Faculty of Humanities, Matthias de Vrieshof 2, room 001

Language: English

All are welcome

Materiaal

Ekaterina Yurievna Chirkova, "The topical particle le". In search of time in Peking Mandarin. Leiden: CNWS Research School, 2003, pp. 32-45.

Leeshulp

De grammatica's waarnaar in de tekst verwezen wordt ("Chao 1968, Li and Thompson 1981" enz.) zijn beschikbaar op de plank met handboeken in de Groene Zaal (Stiltezaal) van de East Asian Library.

Vragen en opdrachten

34.  Lever de opdrachten 30 tot en met 32 schriftelijk in, geprint op papier, bij aanvang van het college van 6 maart, of leg ze voor die tijd in mijn postvak.

  • Als besproken op college: dit keer geen opgelezen teksten, maar alleen spontaan spraakgebruik.
  • Je kunt altijd een afspraak maken om e.e.a. voor of na te bespreken.
  • Let op: geef bij opdracht 30 ook aan WAAR in de film jouw citaten voorkomen (minuut+seconde, bv. 21'45")
  • Extra: probeer liefst ook glossen toe te voegen. Dit is niet verplicht, maar wel handig; problemen met glossen worden niet gerekend voor de beoordeling van het werk.

35.  Alleen voor Marte: lever ook opdracht 29 schriftelijk in.

36.  Aanbevolen: lezing op vrijdag 2 maart

37.  Lees Chirkova's tekst eerst in zijn geheel door. Maak aantekeningen van eventuele vragen over of problemen, zodat deze op het college behandeld kunnen worden.

38.  Wat is op p. 32 precies het verschil tussen "now" in het citaat van Li & Thompson en "a relative time marker, referring to the narrated time"?

Is dit te illustreren aan de hand van voorbeeld (3.2)? Zo ja: hoe? Zo nee: geef dan een ander voorbeeld.

39.  Wanneer begint "Chinese linguistics after Chao" (p. 32)?

40.  Illustreer het verschil tussen homonymie en polysemie (p. 33) met eigen voorbeelden uit a. het Nederlands; b. het Engels en c. het Mandarijn: minimaal twee voorbeelden per taal. Let op de taalkundige transcriptie van de vormen en betekenissen.

41.  Vergelijk de voorbeelden (3.4) tot en met (3.7) op pp. 34-35. Welk nieuw feit wordt er gepresenteerd in (3.7), en welk fonologisch risico herbergt dit voorbeeld?

42.  Op p. 37 wordt het karakter 拉 gebruikt om ('stuk, plek'?) te schrijven.

N.B. gratis online woordenboeken voldoen niet voor de bovenstaande opdracht.

43.  Wat is op p. 40 de betekenis van in voorbeeld (3.19)? Is de transcriptie hier correct?

44.  Vat de conclusie op pp. 44-45 in je eigen woorden samen en geef commentaar.

week 6 (13 mrt 12)

Materiaal
  • "6. Language reform and linguistic inertia" & "7. Grammar". In: S.C. Yau / 游順釗, The Chinese signs: Lexicon of the standard sign language of for the deaf in China / 中國聾人通用手語辭彙. Hong Kong: Languages croisés, 1977, pp. 12-14. Zie hiervoor de map "colleges Wiedenhof" op de docentenplanken in de bibliotheek.
  • Korte documentaire over doven in China van Tudou.com (N.B. na 7'25" lijkt het filmpje te zijn afgelopen)
  • Berthold van Maris, "Met 61 woorden de wereld rond: Taaltheoretica Anna Wierzbicka brengt basisbetekenissen in kaart". In NRC Handelsblad: Wetenschap & onderwijs, 20 september 2003, p. 35.
N.B.

We lezen deze week een tekst uit de reader en een tekst uit de bibliotheek: zie de details hierboven.


Vragen en opdrachten

45.  Lees de tekst van Yau en neem je aantekeningen hierover mee naar het college.

Tips:

46.  Je hebt taalkundige eenheden zoals referent, betekenis, uitspraak en vorm leren onderscheiden en transcriberen. Voor de aard van de eerste twee hoeven we in de parallelle wereld van het gebaar geen verschillen te verwachten, maar voor de aard van de derde en de vierde wel. Probeer nu zelf uit de tekst op te maken wat hier bedoeld is met de transcriptie in hoofdletters.

47.  Wat is op p. 12 in het kopje van § 7 bedoeld met "grammar"?

48.  Vergelijk het eerste voorbeeld bovenaan p. 13 met het Mandarijnse origineel. Welke syntactische ordeningsprincipes voor elementen zijn er in gesproken taal? En in gebarentaal?

49.  Wat is op p. 14 bedoeld met "the idiomatic way to do it"?

50.  Yau constateert een lage acceptatiegraad die voor gestandaardiseerde gebarentaal die in China in vanaf 1961 was ingevoerd. In § 6 en § 7 suggereert hij hier verschillende redenen voor.

a. Formuleer Yau's redenen in je eigen woorden.

b. Zijn er ook andere redenen te bedenken?

51.  Vergelijk de conclusie van § 7 met de titel van het boek. Hoe zou je het genre van dit boek karakteriseren?

52.  Lees eerst Van Maris' artikel in zijn geheel door. Maak aantekeningen van eventuele vragen over of problemen met de tekst, zodat deze op het college behandeld kunnen worden.

53. Wierzbicka werkt "al veertig jaar lang [...] aan een alomvattende theorie over de semantiek" (r. 22-24). Zoek in de catalogus van de Leidse universiteitsbibliotheek wat haar oudste hier aanwezige werk is. Hoeveel van haar boeken dateren uit de eenentwintigste eeuw?

54.  "Bloomfield en Chomsky" (r. 53-54): Geef data voor Noam Chomsky; met welk werk brak hij door? Welke Bloomfield wordt hier bedoeld, en wanneer leefde hij/zij? Noem een klassiek werk van Bloomfield.

55.  Zijn de acht talen die in r. 82-85 genoemd worden echt "zeer uiteenlopend"? Waar worden zij gesproken, en hoeveel taalfamilies vertegenwoordigen zij? Zie voor tips de pagina over Talen van de wereld.

56.  De betekenis 'lang' wordt besproken aan de hand van a. neuzen, b. stokken, c. komkommers en d. paraplu's (r. 85-117). Wordt de lengte van deze vier zaken door steeds dezelfde Mandarijnse betekenis uitgedrukt? Als je twijfelt, raadpleeg dan een moedertaalspreker.

57.  Het begrip introspectie is op college al even genoemd. Wierzbicka's aanpak wordt als "introspectief" gekenmerkt (r. 145). Formuleer nu in je eigen woorden wat hiermee bedoeld wordt.

58.  Voor het Engels zijn er "enorme lexicografische corpora, waar met één druk op de knop honderden voorbeelden uit rollen" (r. 155-157). Kun je daar voorbeelden van vinden? Is een taalkundig corpus altijd lexicaal? En is een taalkundig corpus altijd digitaal?

59.  Vergelijk de definitie van de betekenis van het Engelse sad (r. 227-236) met die van head (r. 138-142).

a.   Hoeveel keer komt de primitief "part" voor in de definitie van head? Hebben al deze "part"s dezelfde referent?
b.   Hoeveel keer komt de primitief "something" voor in de definitie van sad? Hebben deze "something"s dezelfde referent?

60.  Vergelijk de omschrijvingen van de betekenissen van het Engelse freedom en het Russische svobóda (r. 305-321). Deze betekenissen hebben volgens Wierzbicka een gemeenschappelijk deel. Is dat deel ook toepasbaar op de betekenis van het Nederlandse vrijheid? Hoe zou de definitie in het Nederlandse geval verder kunnen gaan?

61.  Is voor het Engels de gegeven omschrijving van freedom ook toepasbaar op liberty?

62.  Hoe zou je de toon van de uitspraak van Goddard in de regels 339-342 kenmerken?

63.  Vind je de kritiek op Wierzbicka (vanaf r. 358) terecht? En aan welke voorwaarde(n) zou de "rudimentaire grammatica" van regel 362 minimaal moeten voldoen?

week 7 (20 mrt 12)

Tekst
  • Berthold van Maris, "Met 61 woorden de wereld rond: Taaltheoretica Anna Wierzbicka brengt basisbetekenissen in kaart". In NRC Handelsblad: Wetenschap & onderwijs, 20 september 2003, p. 35.

Vragen en opdrachten

64.  Zoals aangekondigd verwacht ik op 20 maart een eerste aanzetje tot het werkstuk.

Houdt dit begin thematisch beperkt; uitbreiden kan altijd nog! En zoals eerder gezegd: kom gerust langs om plannen en ideeën te bespreken, maar wacht daarmee niet tot het laatste moment. Een afspraak maken via email werkt meestal het handigst.

  • lever deze keer maximaal één geprint A4-tje in
  • je mag deze eerste keer desgewenst meerdere onderwerpen voorstellen om later uit te kiezen
  • schrijf geen opzet van je plannen, maar maak direct een stukje lopende tekst dat je later kunt gebruiken of verwerken
  • verzorg je tekst; denk aan zaken als naam, datum en collegekaartnummer

Lever opdracht 64 schriftelijk in bij aanvang van het college van 20 maart, of leg het voor die tijd in mijn postvak.

  • lever alles in op papier; niet-definitieve versie(s) altijd op dubbele regelafstand
  • je kunt altijd een afspraak maken om e.e.a. na te bespreken
  • zie voor de uiteindelijke deadline voor het werkstuk de syllabus van dit college
  • lever binnen de collegeperiode minimaal twee voorlopige versies in
  • hoe meer voorlopige versies je inlevert, des te meer commentaar dat oplevert; tussendoor inleveren kan altijd via postvak Wiedenhof (maar leg je werk niet in de retour-map!)
  • zoals besproken in de eerste bijeenkomst is er gezien de intensieve begeleiding voor dit werkstuk geen herkansing, tenzij je het als BA-eindwerkstuk schrijft; zie in dat laatste geval de cursusinformatie in de e-Studiegids over het BA-eindwerkstuk

65.  Eerste klassikale bespreking op basis van de werkstukplannen:

66. 

Vooraankondiging: op dinsdag 3 april wordt van elke deelnemer een korte presentatie verwacht over het onderwerp van het werkstuk. Deze presentatie wordt ook beoordeeld als deelopdracht ("referaat").

67.  Overgebleven van de vorige keer: de opdrachten 57 tot en met 63.

68.  Bedenk waarover het volgende emailverzoek gaat:


BLOK 4

week 1 (3 apr 12)


geen college vanwege ziekte docent


Opdrachten

69. 

Iedereen heeft ondertussen een of meerdere keren commentaar gekregen op de werkstuk-vorderingen.

 

Op dinsdag 3 april geeft elke deelnemer een korte presentatie over het onderwerp van het werkstuk. Deze presentatie wordt ook beoordeeld als deelopdracht ("referaat").

 

Aandachtspunten:

  • geef in de presentatie minimaal een onderzoeksvraag en een werkwijze (methodologie)
  • houd er rekening mee dat per presentatie maximaal tien minuten beschikbaar zijn; oefen en klok dit van tevoren!
  • je moet een geprinte handout aan elk van de deelnemers uitreiken: breng 7 stuks mee
  • powerpoints mogen wel, maar alleen na overleg; gezien de beperkte tijd is het schoolbord handiger
  • presenteer in de handout in ieder geval twee voorbeelden, met bronvermelding; en liefst geglost, d.w.z. in de bekende drie-regelige vorm
  • ga steeds uit van een verstandig maar niet-sinologisch publiek: je collega-student geschiedenis moet het ook kunnen begrijpen!



handige hulpjes


 software  schrijfwijzer  talen van de wereld
 terminologie  Colorado Style Guide  taalkundige transcriptie
     e-ANS


laatste wijziging 2 april 2012

home